U bent hier

‘Het dringt nu pas door: water uit de kraan is niet vanzelfsprekend’

Bron: 
De Standaard 28 mei 2020
Dit artikel werd gereproduceerd met toestemming van de uitgever, alle rechten voorbehouden. Elk hergebruik dient het voorwerp uit te maken van een specifieke toestemming van de beheersvennootschap License2Publish: info@license2publisch.be.

We moeten met zijn allen inzien dat een gezond waterbeleid in ieders belang is

Een bijgespijkerd plan om acute droogte aan te pakken, is in de maak. Maar op een grootschalige proactieve aanpak blijft het wachten.

VAN ONZE REDACTEUR TOM YSEBAERT

BRUSSEL In 2011 debatteerde het Vlaams Parlement over wateroverlast en hoe die te bezweren. Gisteren, bijna tien jaar later, was het alle hens aan dek over de droogte. De klimaatrealiteit heeft het beleid ingehaald, met het vierde te droge jaar op rij.

De beleidsmakers worstelen nog met die ommekeer. Pas sinds 2017 is er een droogtecoördinatie en sinds de zomer van 2018 hebben we ook een droogtecommissie. Uit 2019 dateert een actieplan ‘droogte en wateroverlast’. Dat telt 66 acties, verspreid over verschillende overheidsinstanties. Het gaat meer om snelle maatregelen (‘quick wins’) dan om structurele ingrepen. De Vlaamse minister van Omgeving, Zuhal Demir (N-VA), zei al dat dat plan niet volstaat en dat er bijgespijkerde versie nodig is.

Ontharding en meer groen in de steden, daar zullen veel bewoners blij mee zijn

Een grootschalig proactief plan tegen droogte hebben we nog niet. Er is de Waterbeleidsnota, die onlangs goedgekeurd werd door de Vlaamse regering. Dat is meer een visie dan een pakket maatregelen. ‘Daar staan positieve dingen in, maar wat we dringend nodig hebben, zijn concrete toepassingen waarmee we niet langer mogen wachten’, vindt Marjolein Vannoppen, ­waterexpert van de UGent en het onderzoeksplatform Capture. ‘De wetenschap heeft dit al jaren zien aankomen en reikt ook de dingen aan die moeten gebeuren. Maar de boodschap lijkt nog altijd niet echt doorgedrongen.’

‘Het besef is nog heel recent’, zegt ecoloog en Schelde-kenner Patrick Meire (UAntwerpen). ‘Na die jaren van aandacht voor overstromingen zit droogte nog niet in ons DNA.’ Of zoals minister Demir het formuleerde: ‘Vlaanderen heeft hier te lang van weggekeken’.

Infiltratie en hergebruik

Tot er plots geen water uit de kraan komt. ‘Bij vorige droogtes was het een probleem voor landbouwers, voor de schippers, voor sommige bedrijven’, zegt Meire. ‘De modale burger heeft het niet echt gevoeld. Met het incident in Overijse vorige week zullen veel mensen wakkergeschud zijn. De schok dat het niet meer vanzelfsprekend is dat er water uit de kraan komt.’

Voor Meire, Vanoppen en andere wetenschappers is het zonneklaar: het water dat we hebben, moeten we langer vasthouden, meer laten infiltreren en meer hergebruiken, tot gezuiverd afvalwater voor drinkwater toe.

‘De aanpak en de infrastructuur waren erop gericht om water snel weg te krijgen. Maar dan zijn we het ook kwijt en dat willen we vandaag net voorkomen’, aldus Vanoppen. ‘Het zal er nu op aankomen het water het hele jaar door te bewaren.’

‘Afstappen van draineren en afwateren zal een mentale ommezwaai vergen die niet zo eenvoudig is’, meent Meire.

Wat (her)gebruik van nog te weinig aangeboorde bronnen betreft, denkt Vanoppen aan een inhaaloperatie voor het aanleggen van regenwaterputten. ‘Met de verplichting om dat water ook daadwerkelijk te gebruiken in je huis. Bij nieuwbouw is dat al het geval. Net zoals we een e-peil met energievereisten voor huizen hebben lijkt een w-peil voor het watergebruik een goed instrument. Het kan ook slaan op de mate waarin je in je tuin of op je oprit water laat infiltreren.’

Dat er meer water moet kunnen insijpelen om onze slinkende grondwaterlagen aan te vullen, is een idee dat stilaan algemeen aanvaard wordt. Dat we dat moeten doen door de bodem minder te verharden, ook. Alleen gaat het fout als er maatregelen op tafel liggen die dat willen realiseren, zoals de befaamde bouwstop. Dan botsen de goede intenties met allerlei belangen en eigendomsrecht.

‘We moeten met zijn allen inzien dat een gezond waterbeleid in ieders belang is’, zegt Meire. ‘Zowel van de boer als van de bedrijven en de burger. Een onder water staande vallei zal geen ramp meer zijn, maar erbij horen. Zoals een boom bladeren heeft.’

‘Ontharding en meer groen in de steden, daar zullen veel bewoners blij mee zijn’, maakt Vanoppen zich sterk. ‘Natuurlijk, iedereen tevredenstellen zal nooit lukken. De politici moeten de daadkracht aan de dag leggen om beslissingen te nemen die op lange termijn goed zijn voor onze waterhuishouding. Als ze moeten kiezen tussen enkele mensen die ontevreden zijn met het beleid of geen water meer, dan zou de keuze snel gemaakt moeten zijn.’

 

Overal hemelwaterplan
Minister van Omgeving, Zuhal ­Demir (N-VA), wil de gemeenten verplichten een hemelwaterplan op te maken, verklaarde ze gisteren in het Vlaams Parlement. Vandaag hebben zowat achttien gemeenten zo’n plan. Daarin kunnen maatregelen opgenomen ­worden voor opvang, infiltratie of hergebruik van regenwater. Verder kondigde ze de oprichting van een taskforce aan, waarin behalve zijzelf ook de gouverneurs en de waterloop­beheerders zitten, bijgestaan door wetenschappers. Ze bevestigde dat ze het afkondigen van een captatieverbod ook op Vlaams niveau mogelijk wil maken. (ty)

Dit artikel draagt bij aan volgende duurzame ontwikkelingsdoelen: