Wat kunnen we leren van Amsterdam, dat bijna evenveel laadpalen heeft als heel Vlaanderen?
woensdag 19 mei 2021 - 13:57
https://commons.wikimedia.org/wiki/File:EV-Box_Charging_Station_in_Amsterdam.jpg
Als België tegen 2026 alleen elektrische bedrijfswagens wil, moet ons land nog enkele versnellingen hoger schakelen in het plaatsen van laadpalen. Onze noorderburen in Amsterdam doen het beter en zijn Europees koploper met 4.600 publieke laadpunten. Wat kunnen we leren van de Nederlandse hoofdstad?
KAYIN LUYS
Vlaanderen telt momenteel 4.704 publieke laadpalen. Dat lijkt veel, tot je er de cijfers van Amsterdam bijneemt. De Nederlandse hoofdstad alleen al telt nu 4.600 publieke laadpalen, nauwelijks 100 minder dan in heel Vlaanderen. “En het volledige aantal ligt veel hoger”, zegt Egbert de Vries, wethouder Verkeer en Vervoer van Amsterdam. “Naast de publieke laadpunten zijn er ook nog private en semipublieke palen. Toch merken we dat de publieke vandaag het belangrijkste zijn omdat niet iedereen toegang heeft tot een private parking.”
BEWUSTE STRATEGIE
Het grote aantal is het resultaat van een bewuste strategie. Amsterdam zet al jaren stevig in op elektrische mobiliteit, en de uitbouw van de laadpalen is daar een inherent onderdeel van. “Die uitbouw viel best mee, hoor”, vertelt de Vries. “Het voordeel is dat we ongeveer 10.000 parkeerplaatsen hebben. In principe zou elke parking voorzien kunnen worden van een laadpaal. Toch moeten we daar voorlopig voorzichtig mee omgaan aangezien de parkeerplaatsen met laadpaal gereserveerd zijn voor elektrische auto’s.”
Daarnaast wist de stad haar netwerk uit te bouwen dankzij te werken met een concessiehouder. “Wij kijken, op aanvraag van onze inwoners, waar er laadpalen nodig zijn en geven dan de opdracht aan onze concessiehouder om ze te plaatsen”, legt de Vries uit. “Deze verdient op zijn beurt geld wanneer de laadpaal gebruikt wordt.”
VERTIENVOUDIGEN
Hoewel Amsterdam nu al een van de Europees koploper is, willen de Nederlanders die positie nog verstevigen en de capaciteit laadpalen tegen 2030 vertienvoudigen.
Het doel: iedereen uitstootvrij laten rijden in de stad. Daarvoor hebben ze het Actieplan Schone Lucht in het leven geroepen dat zich focust op 5 actiepunten. Zo zal het opladen in de toekomst zo veel mogelijk moeten gebeuren op privaat en semipubliek terrein. “Dat komt omdat we de auto’s meer willen laten parkeren in garages om zo meer plaats te maken voor voetgangers en fietsers”, vertelt de Vries. “De totale capaciteit willen we uitbreiden naar 80.000. Elke parking zal dan voorzien zijn van een paal”.
Nog noordelijker, in Scandinavië, gaat het zelfs nog verder. Daar staat er één publiek toegankelijk laadpunt per 336 inwoners. Bij ons daarentegen: één laadpunt per 1.550 inwoners in Vlaanderen. In Brussel en Wallonië scoren ze slechter met respectievelijk één laadpunt per 3.200 en 1 per 12.300 inwoners. Daarnaast betalen Noren die een elektrische auto bezitten minder belastingen, mogen ze gebruikmaken van busbanen en rijden ze voordeliger op tolwegen. Geen verrassing dus dat meer dan de helft van de nieuw verkochte wagens elektrisch is.
Dat er een inhaalbeweging gemaakt moet worden, is dus duidelijk. Daarom wil Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters (Open Vld) tegen 2025 30.000 bijkomende laadpunten installeren. Daarnaast worden bedrijven en particulieren gestimuleerd om zelf te investeren in een laadpaal. Degene die dat doen, kunnen de komende drie jaar een deel terugeisen via de belastingen. Koepelfederatie Mobia zegt in een persbericht ongerust te zijn en noemt het een uitdaging om de infrastructuur te garanderen. Vooral in steden, waar niet iedereen een oprit of garage heeft, is de uitdaging groot.
De bal ligt nu dus in het kamp van de regering om een plan van aanpak op te stellen om een uitgebreid netwerk te realiseren. Op dat vlak kan de vergroening van de bedrijfwagens door de regering-De Croo net een belangrijke hefboom zijn, zegt De Vries. “Stimuleer elektrisch rijden. Dan wordt de vraag ook groter, waardoor het interessant kan zijn om op lokaal niveau met een concessiehouder te werken. Ook bedrijven kunnen zo interesse kweken om laadpalen als extra inkomstenbron te voorzien”.
